Plannen
Het volledige binnengebied wordt ontwikkeld. Er staat momenteel verspreide bebouwing in de vorm van garages en loodsen. Deze bebouwing wordt gesloopt en enkel de centraal gelegen villa blijft behouden. De villa, opgenomen in de inventaris bouwkundig erfgoed, wordt binnen dit project herbestemd tot een gemeenschappelijke ruimte voor het cohousing project. Verder worden op het terrein 38 gestapelde woningen voorzien rond een gemeenschappelijke tuin. Een deel van het woonproject wordt ingevuld als cohousing project. Het andere deel als private koopwoningen. De bebouwing wordt opgesplitst in 4 volumes. De volumes bestaan uit 2 bouwlagen met hellend dak (nokhoogte 11m). Het hoogste volume op de site blijft de bestaande te behouden villa. Er wordt ten aanzien van de bestaande omliggende percelen een afstand van minimaal 6m behouden. Voor dit woonproject wordt een ondergrondse parking voorzien van 40 plaatsen. De projectzone wordt ontsloten via het poortgebouw in de Baliestraat en via een nieuwe doorsteek van de Julius en Maurits Sabbestraat, de toegang tot de parking gebeurt via de bestaande buurtparking op de site van de voormalige fabriek Strovi. Het binnengebied blijft in principe autovrij behalve voor de hulpdiensten. Via de bleekweide is er tevens een ontsluiting mogelijk voor fietsers en voetgangers. De grote bleekweide wordt afgestaan aan de stad en zal door de stad ingericht worden als publiek park voor de buurt.
Visie
Het binnengebied zal gebruikt worden voor bewoning, dit is een goede bestemming voor deze verstoorde gronden. Stad Brugge ondersteunt de gevraagde woonbestemming “co-housing” op de site. Schepen Demon ondertekende in mei 2013 reeds het charter Samenhuizen, waarbij aandacht werd gegeven aan alternatieve woonvormen. “De functie van eengezinswoningen is hier passend in de omgeving, aldus Demon. “Er blijft daarnaast veel open ruimte op de site door het beperken van het bebouwde gedeelte.”
De woningen hebben een diverse typologie (gestapeld, appartementen, enz.)en de terrassen zijn op eigen terrein of op de bleekweide georiënteerd en niet naar de aanpalende tuinen zodat het zicht op de aanpalende tuinen ook tot een minimum wordt beperkt. Franky Demon: “Het project is op een volwaardige manier ontsloten en past zich qua schaal mooi in in het bouwblok. De nieuwe volumes staan los van de perceelsgrenzen en omsluiten een grote groene ruimte. Er wordt veel gemeenschappelijk groen voorzien dat een meerwaarde kan zijn voor de omgeving, ook buiten het project.” “Als vergunningsverlenende overheid leggen we aan de bouwheer een aantal voorwaarden op die de privacy van de omwonenden moeten garanderen,” vult Demon nog aan.
Autoverkeer
Er verdwijnen parkeerplaatsen op het binnengebied maar deze kunnen deels gecompenseerd worden door de groenzone van aanpalende parking in te richten tot open staanplaatsen. Uiteraard is er ook steeds de mogelijkheid om een box of parkeerplaats te huren in de nieuwe ondergrondse parking. De site is aangeduid als woonerf. Autoverkeer moet de site betreden via de bestaande buurtparking in de Calvariebergstraat en wordt daar naar de ondergrondse parking geleid. De andere twee toegangen zullen slechts zeer sporadisch door autoverkeer gebruikt kunnen worden. Een inbreidingsproject heeft steeds een volwaardige aansluiting op het woonweefsel nodig om te kunnen functioneren in het geheel van de stad. De weg is echter zo ontworpen dat ze niet uitnodigt om te betreden met de wagen.
Meer info: http://www.stoerhuus.be
Lees ook: ALLEREERSTE COHOUSING-PROJECT IN BRUGSE BINNENSTAD DIENT GEZAMENLIJKE BOUWAANVRAAG IN
Erik Clyncke Eigen berichtgeving.