Vermogen
Staatssecretaris Bart Tommelein: “De acht windmolenparken zullen een capaciteit leveren van 2.200 MW, het equivalent van twee kerncentrales. De Noordzee zal op die manier maar liefst 10% van de totale elektriciteitsbehoefte van België leveren. Ook de tewerkstelling heeft baat bij de offshore sector. De realisatie creëert 20.000 nieuwe arbeidsplaatsen tijdens de ontwikkelings- en bouwfase en 800 nieuwe, permanente jobs tijdens de exploitatiefase. De offshore wind industrie is hiermee een van de sterkst groeiende sectoren voor de Belgische economie”.
Vergunning
Voor de aanleg van elk windmolenpark moet een milieuvergunningsprocedure worden doorlopen, conform de wet ter bescherming van het mariene milieu (20 januari 1999) en twee Koninklijke besluiten. Samengevat houdt deze regelgeving een milieu-effectenbeoordeling (MEB) in door het Koninklijk Belgisch Instituut voor Natuurwetenschappen (BMM). Deze beoordeling is gebaseerd op een milieu-effectenrapport (MER) ingediend door de aanvrager. In het kader van haar beoordeling kan de BMM, indien nodig, bijkomende studies en onderzoeken uitvoeren of laten uitvoeren. Gedurende 45 dagen wordt ook het publiek geraadpleegd. Omdat er door de aanleg van Mermaid grensoverschrijdende effecten zijn met Nederland, heeft België ook samen met Nederland een consultatieronde georganiseerd.
Pilootproject
Belangrijk is dat er naast de klassieke windmolens ook een pilootproject golfslagenergie is opgenomen in het project Mermaid. Er wordt één proefveld toegelaten waarbinnen één of meerdere golfenergieconvectoren (WEC-systemen) in de vrije zone tussen de windturbines worden geplaatst. Het mag om een totaal vermogen van maximaal 5 MW gaan. “Dit zal een uniek project zijn voor ons land. Onderzoek en ontwikkeling naar nieuwe energievormen op de Noordzee zijn voor mij van cruciaal belang. Blue energy is het speerpunt in mijn Noordzeebeleid van de komende jaren”, besluit Staatssecretaris Bart Tommelein.
Erik Clyncke Eigen Berichtgeving.